Keitjes

Die-hard zondaar

17.10.2010

Af en toe doe ik iets stoms. Iets ongelofelijk stoms. Dan weet ik van te voren dat het niet goed is, dan weet ik op het moment zelf dat het niet lekker zit en dan weet ik achteraf dat het echt stom was. Ik kan ook niet garanderen dat ik het nooit meer zal doen – mezelf te kennen. Op zo’n moment heb ik heb gevoel dat God niet meer naar me luistert. Dat hij iets heeft van, je hebt het zelf gewild, los het nu ook zelf maar op. Dan probeer ik het zelf op te lossen maar ik werk me zelf alleen nog maar weer in de nesten. Het gaat van kwaad tot erger.

Ik voel me schuldig naar God toe. Ik voel schroom om naar hem toe te gaan. Ik weet dat ik iets stoms gedaan heb en dat hij reden genoeg heeft om boos op me te zijn. Om hem nu te vragen alles op te lossen is ook zo van ‘God, ik heb er een puinhoop van gemaakt, kunt u het weer oplossen?’ Lekker makkelijk. Maar alleen kom ik er ook niet uit. Ik voel me steeds beroerder en weet niet wat ik nog kan doen.

Dan is het voor mij een opluchting te erkennen dat ik een zondaar ben. Dat ik aan de ene kant christen ben, gerechtvaardigd door de bemiddeling van Jezus, en dat ik tegelijk nog zondaar ben. Niet als een goedkoop excuus om door te gaan met waar ik mee bezig was, maar als erkenning van mijn realiteit. Het maakt me er juist van bewust hoe hard in God nodig heb; dat ik het echt niet alleen kan.

Ik realiseer me dat er heel niet zo veel verandert is voor God. Ik ben niet schuldiger dan ervoor, ik ben me er hooguit van bewust dat ik een zondaar ben. Dat is geen nieuws voor God. Dat is de hele boodschap van God aan ons: ‘Christus Jezus is in de wereld gekomen om zondaars te redden.’ (1Tim.1:15). God hield al van mij nog voor ik hem kende. Dat verandert niet. Hij houdt van mij ook als ik iets stoms gedaan heb. Niet meer en niet minder dan daarvoor.

Deze waarheid gaat er met moeite in, juist op momenten dat ik me echt schuldig voel. Ik heb niet het idee dat ik Gods liefde toekom. Ik weet dat ik hem – en anderen – teleurgesteld heb,  gekwetst heb. Maar de conclusie daarvan is dat ik een van de zondaars ben die Christus is komen redden. Dan kan ik alleen maar God om vergeving vragen, vol berouw om vergeving vragen.

Paulus worstelde ook met zichzelf, zoals hij dat in Romeinen 7 beschrijft: ‘want ik doe niet wat ik wil, ik doe juist wat ik haat.’ (Rom.7:15). Pijnlijk herkenbaar. Maar daar blijft Paulus niet in hangen, hij gaat verder in Romeinen 8: ‘Als Christus echter in u leeft, bent u door de zonde weliswaar sterfelijk, maar de Geest schenkt u leven, omdat u door God als rechtvaardigen bent aangenomen.’ (Rom.8:11). Ja, ik ben een zondaar, maar een vergeven zondaar. Ik mag opnieuw beginnen! Wat een God!

Bookmark and Share

script loaded from: /uploads/tx_lumophpinclude/fb_comments.txt

FB like php

Plugin: Auteur info

Info Auteur

Avatar

Janita

Beroep:
Zendeling

Woonplaats:
Cochabamba, Bolivia

Bio: 'Ik honger en worstel een leven lang.'

Lijst Artikels

(copy 1)